Huurwoning gemiddeld 3 procent duurder, stijging grootst in vrije sector

Huurders betaalden in juli gemiddeld 3 procent meer voor hun woning dan een jaar geleden. Volgens het CBS, dat de cijfers heeft gepubliceerd, is dat de sterkste stijging sinds 2014. Er is wel een verschil tussen de huurprijzen in de sociale sector en de vrije sector: de prijs van sociale huurwoningen is met 2,6 procent omhooggegaan, die van woningen in de vrije sector met 3,8 procent.

In de provincie Noord-Holland stegen de huren het hardst. Van de vier grote steden was Amsterdam de koploper, met 3,6 procent stijging. In Friesland en Drenthe werden juist de laagste huurstijgingen gemeten.

Vooral hogere huur bij bewonerswissel

Zowel verhuurders van woningen in de sociale sector als die van vrijesectorwoningen zijn gebonden aan regels voor maximale huurstijgingen. Zo mochten de huurprijzen voor zittende bewoners in de vrije sector dit jaar met maximaal 3,3 procent worden verhoogd. Dat gebeurt altijd op 1 juli.

Als een woning tussendoor van huurder verandert, mag de verhuurder ook een huurverhoging doorvoeren. Volgens het CBS was de huurstijging bij zo’n bewonerswissel het afgelopen jaar het grootst: woningen die tussen 1 juli 2021 en 1 juli 2022 van huurder wisselden, hadden dit jaar een huurprijs die gemiddeld 9,8 procent hoger lag dan een jaar geleden.

Voor bewoners van sociale huurwoningen mag de ‘standaard’ huurverhoging dit jaar maximaal 2,3 procent zijn. Dat de huren in de sociale sector gemiddeld iets meer zijn gestegen dan dat, heeft te maken met de inkomensafhankelijke huurverhoging die sommige corporaties dit jaar hebben doorgevoerd.

Die houdt in dat ze huurders met een middeninkomen maximaal 50 euro meer kunnen vragen en huurders met een hoog inkomen maximaal 100 euro. Vorig jaar zijn de huren in de sociale woningmarkt niet verhoogd, vanwege corona.

Waarom zijn de wachtlijsten voor een sociale huurwoning zo lang? NOS op 3 maakte daar vorig jaar deze video over:


Gerelateerde artikelen